“Never waste a good crisis”, zei burgemeester Jeroen Dijsselbloem bij aanvang van de lancering van DDE. Het idee voor een serieus netwerkinitiatief werd namelijk geboren op het moment dat Design Academy Eindhoven dreigde te vertrekken uit de stad. Om dat te voorkomen zat Dijsselbloem destijds met verschillende partijen uit de ontwerpwereld in Eindhoven bij elkaar.

Tijdens die gesprekken ontstond ook de constatering dat een dergelijk ecosysteem, naar het voorbeeld van wat Brainport Eindhoven voor de tech-industrie is, voor de designwereld ontbrak. “Het was natuurlijk niet zomaar dat de DAE overwoog te vertrekken”, zei Dijsselbloem vlak na de lancering. “De academie heeft weliswaar al een lange geschiedenis in de stad, maar blijkbaar zaten de wortels niet zo diep meer dat ze die niet konden oppakken en ze ergens anders konden neerplanten. Dat gaf te denken: zulke wortels, met kruisbestuiving over en weer heb je als Design Academy wel nodig. Naast het huisvestingsvraagstuk voor de DAE dat op dat moment vrij acuut was, realiseerden we ons: er gebeurt heel veel aan design in Eindhoven, maar er is geen echt ecosysteem. We laten nog veel dingen liggen.”

Het Brainport-concept, de bekende triple helix van overheden, kennisinstellingen en het bedrijfsleven, had zijn waarde al bewezen voor het tech-ecosysteem in de regio. “Waarom dan niet datzelfde principe toepassen op design? Ik hoop dat DDE een boost kan geven aan zo’n designecosysteem in Eindhoven. Ik word er in ieder geval heel blij van.”

Wat gaat Design Development Eindhoven doen?

Ontwerper Anne Ligtenberg onderzocht als kwartiermaker wat DDE zou kunnen zijn. Tijdens de presentatie legde ze uit dat er eerst goed is gekeken naar wat er al gebeurde in de stad. “Er zijn weliswaar heel veel initiatieven,” vertelde ze. Maar het sterke informele netwerk in de Eindhoven is volgens Ligtenberg tegelijk een kracht en een zwakte. “Mensen weten elkaar snel te vinden, de schakels zijn in Eindhoven vlug gemaakt. Maar dat gebeurt te vaak alleen als het echt nodig is en niet doorlopend. We zijn daarom gaan kijken hoe we die verbindingen structureler konden maken en waar behoeftes lagen.”

Daarbij kwam Design Development Eindhoven uit op vier actielijnen waar aanvankelijk op wordt gefocust.

  1. Creatieve ruimte
    Hoe zorgen we dat vraag en aanbod van vastgoed voor ontwerpers beter op elkaar zijn afgestemd? Dat is hierin een centrale vraag. Alexander Ramselaar, een expert op het gebied van vastgoedfinanciering, schetste de urgentie tijdens de presentatie: “De druk op vastgoed is groot, zeker ook in Eindhoven. Ook creatieve ruimte staat daarom onder druk”, aldus Ramselaar die ook voor DDE aan de slag gaat. “We moeten met meerdere partijen de puzzel leggen om die ruimte te behouden en te creëren. Daarbij moeten we niet vanuit incidenten werken, maar een visie delen en die weten te vertalen naar financiële proposities.”
  2. Professionaliseren ecosysteem
    DDE gaat in kaart brengen wat precies het aanbod is en waar liggen kansen voor ontwerpers. Ligtenberg: “Dat willen we niet alleen bevragen, maar ook gelijk omzetten in actie.”
  3. Maatschappelijke opgave
    Volgens Ligtenberg kunnen ontwerpers bij uitstek worden betrokken bij maatschappelijke vraagstukken. Ook hier gaat DDE een rol in spelen. “Veel ontwerpers voelen ook de verantwoordelijkheid om iets bij te dragen aan de samenleving”, zei ze hierover.
  4. Profilering, monitoring en impact
    Vanuit DDE wordt naar buiten toe gecommuniceerd wat er zoal gebeurt op designgebied. “Dit is een regionaal initiatief met veel ambitie”, zei Ligtenberg en dat willen we ook gaan uitdragen over een mogelijke rol van Eindhoven als designhoofdstad.

Hoog tijd voor deze stap

Remco van de Craats, oprichter van designbureau EDHV, was een van de sprekers tijdens de presentatie. Wat hem betreft is het ‘hoog tijd’ dat er een dergelijk ecosysteem in Eindhoven wordt opgetuigd. “In het tech-ecosysteem hebben we gezien dat dit voor een enorm multiplier-effect heeft gezorgd. Voor elk techbedrijf zijn tegelijkertijd vijf andere bedrijven of bedrijfjes aan de slag. Dat is een rechtstreekse uitkomst van zo’n ecosysteem. Het is nu tijd dat design in Eindhoven ook beter vertegenwoordigd wordt.”

Van de Craats heeft met EDHV al twintig jaar voet aan de grond in de stad. “We hebben hard gewerkt, met bloed, zweet en tranen, jarenlang. De waarde die je opbouwt als bedrijf, de wervingskracht, de monetaire waarde dat wil je toch niet kwijtraken?” Hij benadrukte dat Eindhoven bij uitstek draait om energie die leidde tot transformatie. “Eindhoven is uniek, maar creativiteit is niet iets vanzelfsprekends. Als de wind niet goed staat, waait het als het ware hier weg uit de stad. Dat moet beter geborgen worden.”

Stevige financiële basis

Wethouder Saskia Lammers (welzijn, werk, armoede en cultuur & design) zag het ook zo. “Eindhoven ademt design”, zei ze. “En design biedt veel optimisme over heel wat vraagstukken waarbij we een andere manier van denken en doen nodig hebben.” De gemeente Eindhoven maakt eenmalig 1,5 miljoen euro vrij voor DDE. Daarnaast ontvangt Design Development Eindhoven structureel 200.000 euro per jaar, gedurende vijf jaar. “Het zou mooi zijn als de bundeling van krachten in de designsector mede dankzij DDE nog veel groter wordt in de regio. We hebben hier een vrij unieke situatie met zowel opleidingen in het MBO zoals Sint Lucas, het HBO met de Design Academy en de Technische Universiteit Eindhoven hebben. Dus kansen genoeg.”

“Studenten zijn de toekomst”

Tussen die opleidingsinstituten zou meer connectiviteit moeten komen, bepleitte studente Elle Keuvelaar van de Design Academy. “We zitten nog te veel in onze eigen bubbel.” Voor alle studenten, van MBO tot HBO en universiteit geldt dat gebrek aan huisvesting een urgent probleem is. “Veel studenten slapen ergens op de bank bij vrienden en investeren zo enorm veel om überhaupt te kunnen studeren. Mensen vergeten vaak dat studenten de toekomst zijn.”

Die zorg werd gedeeld door Barbara Koopman, head of usability (oftewel chef bruikbaar zoals ze dat liever noemt) bij Philips. Koopman merkt dat designers wegtrekken uit de regio. “Betaalbare creatieve ruimte is belangrijk. Het gaat niet alleen om nemen van designers, ook om het geven.”
“Mijn hoop is dat we talent in de designsector beter kunnen vasthouden”, zei Dijsselbloem hierover na de lancering. “Ontwikkelaars begrijpen ondertussen dat de creatieve sector meerwaarde heeft. Niet voor niets hebben we huisvesting als eerste lijn neergezet om dit aan te gaan pakken. Dat is een eerste voorwaarde om talent te kunnen behouden.”

Van rijks- tot lokaal niveau

Barbara Wolfensberger, Directeur Generaal voor de beleidsdirecties Erfgoed & Kunsten, Media & Creatieve Industrie van het ministerie van OCW, benadrukte het belang van lokale initiatieven in dit soort zoektochten. “Je kunt als rijksoverheid van alles bedenken, maar het moet toch lokaal gebeuren.” Ze was enthousiast over wat ze in Eindhoven zag. “Er gebeuren super toffe dingen hier. Daarbij wordt echt gekeken naar toepassingen van technische ontwikkelingen met begrip voor de mens.”

Wolfensberger, zelf sinds 2013 vaste bezoeker van Dutch Design Week, stipte de cruciale rol van designers aan: “De creatieve professional is degene die ervoor zorgt dat al die investeringen in techniek bij mensen terechtkomen. We gaan als Nederland met al die techreuzen nooit helemaal de bovenhand krijgen. Wat wij wél weten en kunnen, is toepassingen maken waarbij nieuwe technologie echt vanuit mensen is ontworpen.”

Snel schakelen

De komende vijf jaar moet aantonen of de aanpak van DDE werkt. Ligtenberg: “We moeten het echt samen voor elkaar zien te krijgen.”

Ze benadrukte dat het nu zaak is om door te pakken. “We gaan bij de volgende stappen niet alleen in gesprek blijven, maar willen snel schakelen.” Daarbij deed de kwartiermaakster ook een oproep: “Weet ons te vinden, klop aan, trek aan de bel. We zijn er voor iedereen die mee wil bouwen aan dit ecosysteem.”